De Dakhaas Blog

Column Aan de Slachtstraat #6

Tekst: Lisanne van Aert

Als je ongelukkig bent in Hoog Catharijne is het je eigen schuld.

Je kan er alles krijgen: bonbons, frozen yoghurt, lingerie, Chinees, verse stroopwafels, lollige telefoonhoesjes, alcohol, koffie en sigaretten, juwelen, maatpakken, voedingssupplementen, en op Valentijnsdag een Valentijn. Je kan er ook naar horrorfilms en naar cabaret. Het ruikt er lekker. Er speelt loungemuziek die aan ‘De Sims’ doet denken. In het weekend staan er gewillige meisjes die je een manicure of krultang aansmeren.

Er hangen foto’s van bloedmooie, dolgelukkige mensen.

Als je ongelukkig bent in Hoog Catharijne ben je een verwend nest of een psychopaat.

Hoog Catharijne is een professioneel verleidster in de league Temptation Island. Ze vindt teasen maar tijdverspilling en trekt meteen alles uit de kast. Ze knoopt haar bikinitopje los en gooit het in de hoek van de slaapkamer, ze kijkt je veelbelovend aan en fluistert: ‘blijf, asjeblieft, blijf, iedereen verlaat me en ik doe zo mijn best, asjeblieft, blijf.’

Ik heb het gevoel dat Hoog Catharijne me een psychische stoornis probeert aan te praten.

Ze geeft me het gevoel dat ik lelijk en raar en ondankbaar ben.

Ze geeft me het gevoel dat ik zo iemand ben die de moderne maatschappij niet aan kan.

Ze geeft me het gevoel dat ik anders dan de anderen ben; een buitenaards wezen dat graag langzaam loopt en stilstaat, en soms, plots, ineens hardop lacht om iets ridicuuls als een reclameslogan. Het gevoel dat ik nergens bij hoor, dat ik beter weg kan gaan, dat ik de enige ben die geen krultang hoeft en wier gemoed hevig contrasteert met de ontspannende loungemuziek.

Sorry.

Ik weet dat ik niet de enige ben die zich misplaatst voelt in dit rare grensgebied tussen spoor en stad, met d’r lelijke beige tegels van nepmarmer en d’r systeemplafond. Niemand is ooit de enige in iets, al helemaal niet in Hoog Catharijne. Met d’r tweeënveertigduizend vierkante meter tellende oppervlak.

Alleen, ik voel me als ik door Hoog Catharijne loop, en dat is tweemaal per dag, een wandelende open zenuw. Ik word daar ietwat onredelijk van.

Er was ooit iemand die dacht: als je uit de trein stapt en het centrum in loopt, dan is dit precies wat je wil. Dit, Hoog Catharijne. Een plekje vol verleiding. Een Temptation Island midden in de stad.

Aan de deur van de V&D hangt een condoleancekaartje. Op de voorkant staat een rode gerbera. Er staat op geschreven: ‘dankjewel voor alle jaren hard werken, ik leef met jullie mee.’ Dat vind ik mooi en lief. Misschien is het met alles hetzelfde, ook met stations en winkelparadijzen; je gaat er pas van houden als ze zijn verdwenen.

Misschien denk ik als alle bouwwerkzaamheden klaar zijn en alles is gesloopt wel liefdevol terug aan mijn ochtend- en avondwandeling door het oude Hoog Catharijne.

Ik denk het niet.

Ik denk dat ik dan op het nieuwe gebouw ga zeiken.

Als je ongelukkig bent in Hoog Catharijne is het je eigen schuld.

Foto: Nelleke Poorthuis (@hartjeutrecht)

Foto: Nelleke Poorthuis (@hartjeutrecht)