De Dakhaas Blog

Column: Ik ben Starbucksfluïde

Tekst Teddy Tops

Illustratie Luuk van Zon

Iedereen wil een identiteit. Zonder identiteit is het lastig reizen bijvoorbeeld. Of een fles wijn kopen, als je er enigszins jong uitziet. Maar ook het hele leven zelf wordt bemoeilijkt wanneer je identiteitsloos ronddoolt. Zo kan een koffiestop bij de Starbucks al akelige momenten opleveren. ‘Wie bent u?’ vraagt de vrouw met de groene zonneklep achter de schemerverlichte toonbank, haar stift in de aanslag. Je begint te stamelen. Wie ben je? Wat lust iemand als jij eigenlijk graag in zijn of haar koffie? Ben je een filterkoffieliefhebber, of toch meer van het pumpkin spiced iced frappucino-soort? Thee? De rij achter je groeit, en jij zweet. Jij bent blijkbaar zo iemand die dan zweet.

Het leven is een stuk makkelijker als je jezelf een beetje kunt afbakenen. Daarmee begin je in je puberteit, op een wanhopig inefficiënte manier, en hier ben je dan vervolgens ongeveer de rest van je leven mee bezig. Soms gum je wat lijntjes uit, dan komen er stippellijntjes voor in de plaats, soms kleur je iets in, en soms laat je iets expres leeg, in de (ijdele) hoop dat je daar nog invulling aan gaat geven (ik noem een wereldreis, een cursus modeltekenen, een andere taal leren, met Idris Elba naar bed) in een later stadium. Heel veel gedachten als ‘Had ik nou toch maar … (vul in: die studie afgemaakt, die reis gedaan, niet die operatie ondergaan, etc.)’, ‘Had ik mijn geld niet beter kunnen besteden?’, ‘Wat zijn dat, bitcoins?’, ‘Idris Elba’, passeren door de jaren heen de revue. En uiteindelijk, als je na een hoop gedoe dan toch maar op dat sterfbed bent gaan liggen, dan vraagt niemand: ‘Zeg. Wat ben je nou uiteindelijk geworden? Een wereldreiziger? Een supermodel? Toch maar een man?’

‘Dames en…’ Ik zit in de stiltecoupé, en de conducteur(trice?) maakt fluisterend door de intercom een genderspecifieke fout. Want wat was nou de afspraak? De toiletten zijn al genderfluïde, de typerende kleuren geel en blauw kan geen man of vrouw zich toe-eigenen – nu moeten we alleen nog onze eigen toon aanpassen. Niks mis mee. Behalve voor de transgender die na veel operaties en emotionele heuvels en euvels eindelijk naar het mannentoilet mocht. Dat bestond toen niet meer.

Ik vind heel sterk dat de mensen die ergens mee worstelen dat mogen zeggen. Behalve als ze racistisch of fascistisch of terroristisch worstelen, dan moeten ze daarmee ophouden. Ikzelf worstel niet met iets dat door een toiletbordje kan worden opgelost, en dus mogen de mensen die dat wel doen over dat toiletbordje beslissen. Maar niemand vroeg om mijn mening verder.

Jij loopt met je ziel onder je arm en een groene iced chai latte in je hand richting de uitgang van de Starbucks. Op je bekertje staat ‘Henry’. Je had nog zo duidelijk ‘Niemand’ tegen de verkoopster gezegd. Tot drie keer toe. ‘Ik ben niemand en ik wil een iced chai latte!’ Een andere vrouw met een groene zonneklep had gezegd: ‘Hier, nu ben je Henry. Succes.’ En daar loop je dan. Je neemt een slok van de dikke koude drank en denkt opgelucht: ‘Henry is in elk geval níet een iced chai latte-persoon’.

Luuk van Zon

Luuk van Zon